Nagekomen gedachtes bij De Kloof

Jan Terlouw rondt De Kloof netjes af. Hij beantwoordt alle vragen en alle lijntjes die hij in het verhaal heeft uitgezet, worden aan elkaar geknoopt. Het verhaal is met redden van Doeve Bouwmeester en de ontmaskering van Villerius voltooid. Ginder gaat techniek studeren, vast van plan om mee te helpen bij het bouwen van de brug die de kloof tussen Bergen en Dal zal slechten.

Vragen

Toch blijven enkele gedachtes rond dit boek door mijn hoofd spoken. Het gaat hier om een typisch avonturenboek. Daarmee behoort het boek tot een van de meest geliefde genres van jonge lezers. Daarnaast zat er ook een detective-element in het verhaal. Terlouw combineert hier dus twee genres. En we zagen ook al dat er maatschappijkritiek in het verhaal zat. Dat maakt mij nieuwsgierig naar wat hij met zijn boeken wil bereiken. In De hele Bibelebontse berg, een geschiedenis van de Nederlandse jeugdliteratuur uit 1989, bespreekt Harry Bekkering Oorlogswinter van Terlouw. Hij geeft daarbij ook aan waaraan een ideaal jeugdboek volgens Terlouw moest voldoen:

  • het boek moet spannend, boeiend zijn;
  • het boek bevat humor die helpt te laten zien dat elke medaille twee kanten heeft;
  • het verhaal mag geen vals beeld van de werkelijkheid geven;
  • niet onbelangrijk is dat kinderen iets leren van het verhaal, over de goede en slechte kanten van de maatschappij.

Wie meer wil lezen over de opvattingen van Terlouw en de bespreking van Oorlogswinter, verwijs ik naar het hoofdstuk uit De hele Bibelebontse berg dat hier online te lezen is via de digitale bibliotheek voor de Nederlandse letteren.

De volgende vraag is dan natuurlijk: in hoeverre vind ik dat De Kloof aan de door Terlouw zelf gestelde eisen voldoet? Wat betreft punt 1, 2 en 4 kan ik zeggen dat het boek daar absoluut aan voldoet. Het boek voldoet ten opzichte van van punt 3 ook wel aan de eisen van Terlouw, maar hier kun je wel opmerken dat het erg onwaarschijnlijk is dat een jongen van zestien dit allemaal maakt. Aan dit bezwaar hecht ik echter nul en generlei waarde omdat als een boek volledig letterlijk en figuurlijk aan deze eis zou moeten voldoen, het bijna onmogelijk is nog boeken te schrijven. En ik las ooit ergens dat lezen neerkomt op suspension of disbelief, het opschorten van je ongeloof. En dat vind ik een mooie.

Seriedelen

De Kloof is een verhaal dat op zichzelf staat. Dat roept bij mij de vraag op in hoeverre je het boek kunt vergelijken met een boek dat deel uitmaakt van een serie. Tijdens mijn studie heb ik gemerkt dat recensenten vaak negatief zijn over seriedeeltjes terwijl kinderen ze juist verslinden. Waarom die recensenten zo negatief zijn over series is een punt waar ik in toekomstige blogs op terugkom. Voor nu wil ik alleen nog zeggen dat ik binnenkort De Kloof ga vergelijken met een avonturenverhaal uit een serie.

Mocht je trouwens je afvragen wat ik belangrijk vind in boeken: voor mij staat leesplezier voorop. Als jij als lezer plezier hebt met een boek, dan is het wat mij betreft een goed boek.Of het dan een seriedeeltje of een op zich zelf staand boek is, doet dan voor mij helemaal niet ter zake.


Dit is het slotdeel van een vierluik over De Kloof van Jan Terlouw.

 

De Kloof als avonturenboek of als detective?

De Kloof

Tijdens en na het lezen van De Kloof van Terlouw begreep ik steeds beter waarom ik zijn boeken altijd verslond. De Kloof is een typisch avonturenverhaal. Er zitten personages in waarmee je als lezer erg mee kunt leven. En er zit een diepgang in het verhaal ervoor dat het allemaal niet rechttoe rechtaan is. Terlouw laat de lezer echt meedenken tijdens het verloop van het verhaal. Er is een duidelijk probleem dat moet worden opgelost. Daarnaast laat Terlouw de lezer in dit verhaal nadenken over maatschappelijke kwesties. Al die punten zal ik kort toelichten, maar ik begin met een korte samenvatting van het verhaal.

Het verhaal

De 16-jarige Ginder woont in Bergen. Dat land maakte tot 45 jaar geleden deel uit van Berg-en-Dal maar na een verwoestende aardbeving is er een kloof tussen het rijkere deel dat Bergen gaat heten en het armere Dal. De Kloof is te breed om een brug aan te leggen. En een reis tussen beide landen, om de kloof heen, kost dan ook 14 dagen door de woestijn. Ginder besluit echter die reis toch te maken als van zijn oma hij krantenknipsels erft die over de kloof tussen landen gaan. Helaas zijn van die knipsels nog slechts twee vodjes over en slechts gedeeltelijk leesbaar omdat zijn moeder ze met de vuilnis heeft meegegeven. Ginder besluit naar Dal te gaan, ook omdat zijn vader er woont. Die wilde de Dallers helpen. In Dal raakt Ginder bevriend met Barbara. Samen proberen ze achterhalen wat de krantenknipsels betekenen. Hun speurtocht brengt hen op het spoor van een complot. Het lijkt erop dat er in Bergen krachten werkzaam die proberen de status quo te handhaven – een rijk Bergen en een arm Dal. En de enige die de oplossing kon bedenken, de befaamde ingenieur Doeve Bouwmeester, verdween 25 jaar geleden spoorloos. Terwijl Ginder en Barbara het raadsel oplossen zijn er steeds nieuwe hindernissen die de vaart en de spanning in het verhaal houden. Uiteindelijk blijkt Bouwmeester al die jaren gevangen te zijn gehouden door Villerieus, een andere wetenschapper, die niet wil dat Bergen en Dal weer met elkaar worden verbonden door een brug. Bouwmeester wordt bevrijd, Villerius ontmaskerd en is weer hoop op een brug en een gezamenlijke, voorspoedige toekomst van Bergen en Dal.

Avontuurlijke elementen

  • Een van de typische kenmerken van een avonturenverhaal is dat er in gereisd wordt – de held gaat op reis naar een ver land om zijn vijand te bestrijden. Dit verhaal begint in Bergen, gaat dan naar Dal en eindigt weer in Bergen. Bovendien is de reis door de woestijn geen makkie omdat hij 14 dagen duurt. Er zijn namelijk nog geen vliegtuigen.
  • Er is een duidelijke held en er zijn tegenstanders. – Ginder en Barbara zijn in dit boek duidelijke helden. Hun tegenstanders zijn in eerste instantie minder duidelijk, zeker voor Barbara omdat zij in de loop van het verhaal door Ginders verdwijning minder te weten komt dan hij. Uiteindelijk is voor beide duidelijk wie de schurk is en wordt hij ontmaskerd.
  • Er wacht de held een beloning. Doordat Villerius wordt verslagen en Doeve Bouwmeester nog blijkt te leven, gloort er weer hoop voor de arme Dallers. De machten die de brug tegenhielden zullen er nu niet meer in slagen Doeve Bouwmeester te weerhouden van het bouwen van een brug, waardoor de contacten tussen de beide landen weer beter worden.

Detective-elementen

Behalve als een avonturenboek kun je het boek ook lezen als een detective. Dan staat de vraag wat er gebeurd is centraal en dan vooral met Doeve Bouwmeester. Dan kun je volgende elementen benoemen.

  • De papiersnippers: wat heeft Oma geschreven en wat betekent het allemaal? De woorden en delen van woorden komen in het verhaal tijdens het oplossen van het complot steeds terug en je kunt als lezer natuurlijk mooi mee puzzelen.
  • Er zijn allerlei personages die anders zijn dan ze zich voordoen. En je gaat er mensen van verdenken iets op hun kerfstok te hebben.
  • In een gesprek blijkt Villerius – die zegt zich altijd aan de wet te houden en die als wetenschapper zeer geliefd is – 25 jaar geleden iets misdaan te hebben.

Zo is De Kloof op meerdere manieren te lezen. Terlouw bewandelt daarnaast zijpaden die later hoofdwegen blijken te worden, zorgt voor raadsels en een behoorlijke hoeveelheid personages. In het boek komt ook engagement naar voren. De rijkeren moeten de armeren helpen. Daarnaast is het natuurlijk niet moeilijk om De Kloof, dat in 1983 verscheen, te lezen als een politiek verhaal. Het verhaal had ook De Muur kunnen heten.


Dit is het derde deel van een vierluik over De Kloof van Jan Terlouw.

Hernieuwde kennismaking met Terlouws De Kloof

Zoals al aangekondigd wil ik deze week achterhalen waarom de boeken van Jan Terlouw mij in mijn jeugd zo boeiden. Voor de duidelijkheid; het is niet iets wat me verwondert en ik kijk ook absoluut niet op de boeken neer, mocht die suggestie door mijn formulering gewekt zijn.

[Ik bekijk sowieso geen enkel boek met dédain. Je zult mij nooit negatief over een een boek horen spreken, of negatief zijn over iemands boekenkeuze. Ik huldig het standpunt dat over smaak wel te twisten valt, maar dat je smaak wel te respecteren hebt. Natuurlijk sommige boeken vind ik mooier dan anderen, spannender, emotioneler; diepgravender, gelaagder enzovoorts dan andere, maar als jij over zo’n boek een andere mening hebt, vind ik dat prima. Dan kunnen we het er nog eens over hebben, maar als onze standpunten niet bij elkaar komen, even goeie vrienden. Het gaat mij om het plezier dat je aan boeken beleeft, welke boeken dat dan zijn, maakt mij helemaal niet uit. Zelfs als je geen plezier aan lezen, vind ik dat prima, maar dan was je vermoedelijk niet op dit blog terecht gekomen.]

Terug naar De Kloof. Ik heb nog niet echt een goed evenwicht kunnen vinden tussen boeken lezen, dagelijks bloggen, blogs lezen, en andere vrijetijdsbestedingen, dus ik ben minder ver in het boek dan ik gehoopt had. Toch, ondanks dat pas vijf hoofdstukken uit het boek heb gelezen, heb ik wel al enig idee waarom het boek me aansprak toen ik het als twaalfjarige las. Voor in het boek stond mijn naam en de datum van 5 december 1992, dus rond die tijd zal ik het boek wel hebben gelezen.

Terlouw beschrijft zijn personages met een behoorlijke diepgang, meer dan in de Kameleon-reeks, maar vermoedelijk minder dan Anne Provoost in De Roos en het Zwijn. Hij geeft zijn verhaal ook een duidelijke setting mee; je ziet de locaties als het ware voor je omdat Terlouw ze uitgebreid beschrijft. Dat ik een verhaal kon verbeelden sprak me altijd aan. Verder zit in het verhaal redelijk wat actie, of in ieder geval een belofte van actie. De intrige staat in korte tijd en die maakt dat je verder wilt lezen.  Dat de hoofdpersonages van dezelfde leeftijd als de beoogde lezer, of net iets ouder, is ook keurig volgens het boekje. Dat zorgt maximale identificatie. Dat die hoofdpersonen een jongen en een meisjes zijn spreekt dan voor zich.

Eigenlijk het enige wat nu ik aan te merken heb, is de wel erg aanwezige alwetende verteller. Maar of me dat als twaalfjarige al is opgevallen…


Dit is het tweede deel van een vierluik over De Kloof van Jan Terlouw.

Waarom sprak het werk van Jan Terlouw me zo aan?

Intro

De schrijver van wie ik in mijn jeugd waarschijnlijk de meeste boeken heb gelezen – de schrijvers van de Arendoog-, de Biggles- en de Kameleon-serie niet meegerekend – is waarschijnlijk Jan Terlouw. Zijn werk sprak me enorm aan: spanning, sociale thema’s actualiteit en geschiedenis; het zat er allemaal in. Koning van Karoren; Briefgeheim; Oorlogswinter; Oosterschelde, Windkracht 10; Pjotr, Vrijwillig verbannen naar Siberië; De Kloof; Gevangenis met een open deur en De Kunstrijder. Al die boeken las ik als ware ze pageturners van de eerste orde.

Herinneringen

Al die boeken maakten ook een geweldige indruk op me en ik bleef maar naar werk van Terlouw zoeken. Soms vond ik het jammer dat hij geen schrijver was van een serie, want zestig of meer boeken van Terlouw kunnen lezen, zoals ik deed met de boeken Jan en Paul Nowee (Arendsoog, voor de niet-kenner), dat leek me wel wat. Toch is het inmiddels al wel weer bijna twintig jaar geleden dat ik voor het laatst een boek van Terlouw las. En nu kan ik van de meeste boeken niet veel meer dan een summiere samenvatting van het verhaal geven. Ik kan van de meeste boeken in 1 en 2 zinnen ongeveer zeggen waarover ze gaan. Maar zelfs dat lukt niet meer bij bijvoorbeeld De Kunstrijder. Wel is me dus altijd bijgebleven wat voor sfeer er uit de verhalen sprak, zoals ik hierboven al beschreef.

Herbeleven

De komende week neem ik een risico. Ik ga proberen aan de hand van de boeken Pjotr en De Kloof kijken of de boeken van Terlouw me na al die jaren nog steeds aanspreken. Welke elementen zorg(d)en daarvoor? Wat voor patronen zaten er in zijn werk? Wat deed Terlouw dat mij zo aansprak en hoe deed hij dat? En waarom werkte dat (bij mij en mogelijk bij andere lezers)? En werkt het nog steeds? En als het niet meer werkt, waar ligt dat aan?

De komende week staat dus in het teken van de (her)beleving van het werk van Jan Terlouw.


Dit is het eerste deel van een vierluik over De Kloof van Jan Terlouw.